Het gebruik van artificiële intelligentie (AI) in onderwijstechnologieën op scholen is omstreden en heeft tot ethische discussies geleid. AI-toepassingen kunnen de klassenervaring waardevolle informatie bieden, maar er zijn bezwaren tegen het gebruik ervan. In dit artikel bekijken we verschillende ethische kwesties rondom het gebruik van AI op school.
Als AI-toepassingen worden geïntroduceerd in de klas, bestaat er een risico op privacyschending. AI-systemen verzamelen veel persoonlijke gegevens van studenten, zoals naam, leeftijd, locatie, medische achtergrond en andere identificerende details. Een van de grootste bezwaren tegen AI is dat deze gegevens misbruikt kunnen worden. Daarom is het belangrijk om te begrijpen hoe de opkomende AI-technologieën de privacy beveiligen.
AI-gebaseerde systemen bieden feedback aan studenten op basis van hun prestaties. Echter, hierdoor kunnen studenten geconfronteerd worden met eenzijdige feedback die afhankelijk is van de algoritmes van het systeem. AI-systemen kunnen ook eenzijdige suggesties doen waardoor het voor studenten moeilijker wordt om verschillende manieren van denken te testen.
Hoewel AI-systemen door middel van data kunnen worden getraind, is het belangrijk om te begrijpen hoe AI-technologieën ongelijke kansen kunnen creëren tussen studenten. AI-systemen worden vaak gebouwd op basis van data die gebaseerd is op een enkel demografisch kenmerk of andere factoren. Hierdoor kunnen sommige studenten voortgezet voordeel krijgen van de AI-technologieën, terwijl anderen mogelijk achterop raken.
AI op scholen kan nuttig zijn voor het educatieve proces, maar het debat over ethische aspecten is voortdurend. Er zijn verschillende bezwaren tegen het gebruik van AI, zoals:
Het is belangrijk om deze problemen aan te pakken voordat AI-technologie op school verder wordt geïmplementeerd.